Inmiddels ben ik in Puerto Naos niet alleen ingeburgerd, maar behoor hier en daar ook tot het meubilair. Voor de rest is het "komen en gaan" vooral een Nederlandse aangelegenheid, de Duitse toeristen zijn al weken in de minderheid. In combinatie met de voorjaarsvakantie in aantocht zag er naar uit dat ik pas in maart weg kon. Hier was men unaniem van mening dat ik van de nood een deugd moet maken en lekker carnaval moet gaan vieren, maar uiteindelijk heb ik toch nog op de valreep een interessante lastminute aanbieding voor half februari weten te ritselen. Wel een raar idee, dat ik strax moet gaan aftellen en aan mijn afscheidstoernee moet beginnen.
Doorgaans kom ik niet verder dan Los Llanos en Fuencaliente, maar vorige week heb ik zowaar weer eens de andere kant van het eiland gezien. Eva was met moeder en dochter aan het koopjesjagen in Los Llanos (hier is de uitverkoop nog traditioneel 2 x per jaar en niet het hele jaar door), zodat ze mij konden oppikken voor een lunch in restaurant Chipi chipi, met haar man en broer. Die waren allebei vertraagd, zodat wij nog wat kaarsjes voor deze en gene konden branden in de Maria-kapel in Las Nieves, in de kou en stromende regen. Tussen 2 buien door konden we ook Santa Cruz nog even van boven zien. Het eten bij Chipi chipi is zalig, we begonnen met losse hapjes en zijn daarmee doorgegaan omdat we in 3 etapes arriveerden, en de hele middag doorgeschanst. Het bijzondere is dat iedere tafel in een apart kamertje staat, voor de obers een bezoeking want die lopen meer buiten in de regen dan in de kamertjes. ´s Avonds ben ik met de bus weer afgezakt vanuit Fuencaliente. De volgende dag was ik de kou en regen, al met al een tamelijk nederlands klimaat, al weer vergeten want het hier beneden was het een zeldzaam zomerse stranddag: warm, windstil en een merkwaardige rustige zee.
De afgelopen week heb ik nauwelijks op het strand gelegen. Eerst hadden we een paar dagen Calima (storm en stof uit de Sahara) en daarna een oceaanstoring die wolken en regen brengt. Hier valt het nog wel mee wat er is gevallen maar op Gran Canaria sprak men over een halve zondvloed. Verder lig ik zelf behoorlijk plat, de locals zijn ervan overtuigd dat ik net als zovelen griep krijg van de Calima, ik heb dat altijd met een baal zeezout genomen, maar het is wel de 2 e keer. Da´s dan in ieder geval 1 voordeel wat ik van Nederland kan bedenken, geen Calima. Hoewel ik best zin heb in mijn wederkomst-toernee, ga ik enorme heimwee krijgen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten